Het bewaren en roken van sigaren

Nederlandse sigaren kunnen vaak tientallen jaren worden bewaard zonder dat dit ten koste gaat van de smaak en kwaliteit. Nederlandse sigaren komen het beste tot zijn recht als je ze bewaard op kamertemperatuur, dus niet te droog (niet te dicht bij een centrale verwarming), maar ook niet te vochtig.

Het is heel erg belangrijk om de sigaar voor het aansteken eerst te controleren op eventuele scheurtjes in het dekblad. Om de kwaliteit van de sigaar te bepalen kun je het beste de geur van de sigaar opsnuiven.

De meeste Nederlandse sigaren, op een enkele na, hoeven voor het roken vaak niet geknipt te worden. De Cubaanse en Amerikaanse sigaren, ook wel bekend als longfiller sigaren kennen een andere samenstelling dan de Nederlandse sigaar en moeten vaak wel geknipt worden.

Een belangrijk aandachtspunt bij het knippen van sigaren is dat je ervoor zorgt dat je niet teveel wegknipt, anders komt het dekblad los. Vaak hoeft er maar een klein kapje af te worden geknipt. Om het klusje sigaren knippen te klaren zijn er speciale sigarenknippers ontwikkeld.

Een sigaar kun je op 2 manieren aansteken, namelijk: met een normale gasaansteker of met een lucifer.
Bij de laatste optie is het belangrijk om te wachten tot de zwavel is verbrand.
Als de sigaar op een andere manier wordt aangestoken, bijvoorbeeld met een benzine aansteker of een kaars wordt de geur en de smaak van de sigaar aangetast omdat deze manier van aansteken chemische eigenschappen met zich meebrengt.

Wat betreft het roken van een sigaar, is het belangrijk om kleine trekjes te nemen en de sigaar brandende te houden. Een ander belangrijk aandachtspunt is de rook in de slijmvliezen van de mond en de keel te laten circuleren want hierdoor wordt het grootste genot van het sigaren roken verkregen. Ga dus niet inhaleren!

Een sigaar gaat van zichzelf uit wanneer hij niet meer gerookt wordt, dit in tegenstelling tot sigaretten waarbij dat niet zo is. Dit is niet erg want de sigaar kan daarna gewoon weer worden aangestoken zonder dat dit gevolgen heeft voor de geur en smaak van de sigaar. Wel is het van belang dat de askegel eraf wordt getikt en er lichtjes door de sigaar wordt geblazen. Als het uit laten gaan en weer aansteken van de sigaar te vaak gebeurd, tast dit de smaak van de sigaar wel aan. Waar je bij een sigaret, de sigaret moet uitdrukken als hij op is, hoeft dit bij een sigaar niet want de sigaar gaat vanzelf uit en kan dus rustig in de asbak worden achtergelaten.